Antwoord c bij het vijfde pompoentje

Antwoord c bij het vijfde pompoentje

Vóór Rebecca van 4 jaar en 10 maanden staat een kaars die de vorm heeft van een appel. Je vraagt haar: ‘Lijkt dit op een kaars of lijkt het op een appel?’. Ze antwoordt: ‘Het lijkt op een appel’. Jij: ‘En wat is ’t echt: een kaars of een appel?’. Rebecca: ‘Het is een kaars’. Voordien beantwoordde ze beide vragen óf met ‘Appel’ óf met ‘Kaars’.

Hoe komt het dat Rebecca met 4 jaar en 10 maanden de eerste vraag met ‘Appel’ beantwoordt en de tweede met ‘Kaars’?


  1. Rebecca organiseert zelf allerlei verkleedspelletjes en gaat daar helemaal in op. Zo heeft ze ontdekt dat iemand nog geen prinses is als ze er uitziet als een prinses. Dat past ze nu toe op de kaars die er uit ziet als een appel.

Dit is niet het juiste antwoord. De vraag is nu juist hoe het komt dat Rebecca met zoveel profijt verkleedspelletjes doet – ze kan immers in verstandelijk opzicht nu onderscheiden tussen een prinses zijn en er slechts uitzien als een prinses.

Terug naar het vijfde pompoentje.