gedachtewisseling 14_ewald vervaets schrijven aan ocw van 15-03-2024

Correspondentie met Paul Leseman, pedagoog

Schrijven van Vervaet aan OCW van 15 maart 2024:

Beste (naam van de ambtenaar),

Dank je!

Paul gaat weer niet in op de kern van mijn stellingname! Dat herken ik wel: psychometristen gaan nooit op kritiek in, maar schetsen nog eens hun werkwijze en zinspelen vaak ook op wat daarvan volgens hen de zegeningen zijn.
   Vandaar mijn voorstel aan jou van gisteren (15u41) om een datum af te spreken waarna ik je mijn reactie in tweede instantie toestuur.

Zaterdag [tijdens een WSK-bijeenkomst waar hij en een collega ook waren] stelde ik jou en (naam van andere ambtenaar) voor om een gedachtewisseling te organiseren (dank daarvoor dat dat nu gebeurt!), met jullie als scheidsrechter ter bewaking van een geordend verloop van de gedachtewisseling. Ik verzoek je vriendelijk doch dringend om er als scheidsrechter bij Paul op aan te dringen dat hij omwille van het oplossen van de onderwijscrisis de kern van mijn stellingname uitdrukkelijk dient aan te kaarten en die dient te trachten te weerleggen:

‘Mijn kritiek op psychometrisch-inferentieel-statistisch onderzoek geldt voor alle psychometrische middelen (ook voor vragenlijsten en meerkeuzetoetsen), maar is volgens mij het snelst en het duidelijkst te schetsen voor puntsschalen. Het onderzoek spreekt van 5-puntsschalen (p.82) en van 7-punstsschalen (p.54).
   Laten we de 5-puntschaal nemen. Op vier uitspraken kan men vijf antwoorden geven: van ‘beslist onwaar’ (levert 1 punt op) tot ‘beslist waar’ (levert 5 punten op). Die uitspraken zijn:
               Dit kind: a) Denkt al gauw dat het werk af is
               b) Werkt nauwkeurig
               c) Houdt snel op als iets niet lukt
               d) Kan een hele tijd in dezelfde houding blijven doorwerken.
   Welnu, niemand – ook de onderzoekers van het verslag niet – kan aangeven dat ‘waar’ op ‘Dit kind werkt nauwkeurig’ (levert 4 punten op) in psychologisch en/of onderwijskundig opzicht twee keer zo veel waard is als ‘onwaar’ op die uitspraak (levert 2 punten op). Dat geldt ook voor de drie andere beweringen’.

Nu al of als hij dit punt weer ontwijkt en/of negeert, stel ik voor hem bovendien vóór te houden dat hij óf mijn stelling weerlegt óf erkent dat er – inderdaad zoals ik beweer – geen psychologische en/of onderwijskundige dekking is voor de werkhoudingsschaal en andere puntsschalen.

Met vriendelijke groeten,

Ewald

—————————————————————————————

Laatste bewerking van deze webpagina: 7 juli 2025